Nieuws
RTL-Z meldde maandag dat de AFM meer compensatie wilde voor beleggingsverzekeringen. De AFM heeft altijd twee problemen gezien met deze producten, zoals ook is uitgelegd in de openbare hoorzitting in de Tweede Kamer in april 2011. De producten waren ondoorzichtig en complex, met hoge kosten tot gevolg. Tegelijkertijd zijn deze producten door de wijze waarop ze zijn verkocht mogelijk niet passend bij de financiele situatie van de consument.
Voor het eerste probleem is in meerdere schikkingen een civielrechtelijke tegemoetkoming afgesproken tussen stichtingen van polishouders en verzekeraars voor de hoge kosten van de producten. Daarnaast valt niet uit te sluiten dat consumenten in individuele gevallen bij de rechter kunnen aantonen dat de civielrechtelijke zorgplicht bij de verkoop van hun product is geschonden.
Sinds 2006 zijn er nieuwe zorgplicht- en adviesregels waarvan de naleving door financiele ondernemingen gecontroleerd kan worden door de AFM. Het overgrote deel van de beleggingsverzekeringen zijn (ver) voor 2006 afgesloten.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) wilde in 2011 méér compensatie voor woekerpolis-gedupeerden. Dat blijkt uit een notitie van het ministerie van Financiën van 13 september 2011, die in handen is van RTL Nieuws.
De AFM vond dat de schikkingen die in 2008 en 2009 waren overeengekomen tussen verzekeraars en twee stichtingen, Verliespolis en Woekerpolisclaim, onvoldoende compensatie boden voor de zogenoemde zorgplichtschendingen.
Uitbarsting
De woekerpolis-affaire kwam in 2006 tot een uitbarsting door publicaties van De Telegraaf en Tros Radar. Verzekeraars bleken polissen te hebben verkocht, die onder meer wegens verborgen hoge kosten, niet deden wat de polishouders was beloofd. In maart 2008 deed het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (KIFID) een aanbeveling. Deze vormde de basis voor een aantal schikkingen tussen grote verzekeraars en Verliespolis en Woekerpolisclaim, twee stichtingen die stelden op te komen voor de belangen van gedupeerde polishouders.
In 2010 bleek dat de bereikte schikkingen mager waren. De Tweede Kamer morde, maar kreeg minister De Jager van Financiën niet zo ver om de schikkingen opnieuw ter discussie te stellen. In plaats hiervan kwam De Jager met flankerend beleid, met als doel 'rust te creëren'.
Bedenkingen AFM
De Nederlandsche Bank steunde dit beleid, zo blijkt uit een ambtelijke notitie van 13 september 2011. De notitie is opgesteld voor de directeur Financiële Markten van het ministerie, die een dag later een gesprek zal hebben met vertegenwoordigers van DNB én AFM. Maar de AFM heeft kennelijk bedenkingen. Die 'zou nog (meer) compensatie willen voor zorgplichtschendingen uit het verleden'.
De schikkingen die tot dat moment zijn bereikt bieden compensatie voor de te hoge (verborgen) kosten die de 'fabrikanten' van de polissen in rekening brachten. Maar degenen die de polissen hebben verkocht - de adviseurs van banken, verzekeraars en/of de zogenoemde tussenpersonen - zijn buiten schot gebleven. En dat terwijl uit de aanbeveling van het KIFID blijkt dat ook de adviseurs medeverantwoordelijk zijn voor de geleden schade.
Zorgplicht verkopers geschonden
De verkopers hebben een zogenoemde zorgplicht. Zij dienen de consument te beschermen voor het afsluiten van al te onvoordelige polissen, zo is de gedachte. Dat is hier onvoldoende gebeurd. De zorgplicht is geschonden.
Financiën hoort het allemaal beleefd aan, maar wil er verder zelf geen rol in spelen, zo blijkt ook uit andere documenten. Voor eventuele compensatie wegens zorgplichtschendingen 'staat uiteraard de gang naar de rechter open', zo luidt het in de ambtelijke notitie. Financiën weet dan al ruim een jaar dat 'bij adviseurs weinig compensatie (valt) te halen'