Movir AOV: Onderzoek naar langdurige stressfactoren bij huisartsen

Movir constateerde een toename van burn-outklachten bij met name vrouwelijke en jonge huisartsen. Dit was aanleiding om een onderzoek onder huisartsen te starten. Doel: meer inzicht krijgen in factoren die stress veroorzaken en aanknopingspunten vinden om arbeidsongeschiktheid te voorkomen.

In samenwerking met LSJ Medisch Projectbureau is een enquête opgesteld, die is verzonden aan 3.000 huisartsen in Nederland. Met een respons van 20% kan gezegd worden dat het onderwerp de beroepsgroep heeft geraakt.

Op 1 november 2012 worden de opmerkelijke resultaten van dit onderzoek openbaar gemaakt tijdens een huisartsencongres in Rotterdam.

Een greep uit de resultaten:

AOV Amersfoortse: eindleeftijd naar 67 jaar

Per 1 januari 2013 zijn verzekerden van De Amersfoortse AOV met een aov-polis met eindleeftijd 65 jaar voortaan, afhankelijk van de geboortedatum, verzekerd tot 66 of 67 jaar. Hiervoor is geen extra medische informatienodig. Verzekerden die arbeidsongeschikt zijn, kunnen van deze mogelijkheid gebruik maken als ze 6 maanden hersteld zijn.

De Amersfoortse past de eindleeftijd voor bestaande en nieuwe aov-verzekeringen aan op de verhoogde pensioenleeftijd die per 1 januari ingaat. De kosten van de verlengde dekking worden in de loop van 2013 bekend gemaakt en vanaf dat moment in rekening gebracht. In de tussentijd betalen bestaande klanten geen extra kosten voor de verhoogde eindleeftijd. Vanaf het moment van premiebekendmaking krijgen verzekerden drie maanden de tijd om te kiezen of zij de dekking tot 66 of 67 jaar willen opnemen in hun polis. De offertetools van De Amersfoortse zijn inmiddels aangepast op de verhoogde eindleeftijd. Daardoor kunnen adviseurs ook aan nieuwe klanten de eindleeftijden 66 en 67 offreren.

AFM: Advieskosten betalen via premieopslag is verboden

De AFM zegt de afgelopen periode veel vragen gekregen over de toelaatbaarheid van dergelijke constructies. Voor alle duidelijkheid zegt de AFM nu datdergelijke constructies onder het provisieverbod per 1 januari 2013 verboden zijn. "De AFM stelt zich op het standpunt dat dit soort betalingsconstructies niet zijn toegestaan onder het provisieverbod dat onlangs door de Tweede Kamer is aangenomen. Volgens de nieuwe provisieregels zal de consument de financiële adviseur of bemiddelaar rechtstreeks moeten betalen voor zijn diensten. Indirecte beloningen, zoals via de aanbieder van het financiële product, passen dan ook niet onder het provisieverbod. Het provisieverbod beoogt een cultuuromslag van productgedreven verkoop naar klantgerichte advisering teweeg te brengen. Deze beweging vereist dat de intensieve (financiële) relatie tussen adviseurs of bemiddelaars en aanbieders wordt ontvlochten, zodat het risico op sturing in de adviesketen zoveel mogelijk wordt weggenomen", aldus de AFM.